U bent hier

Aandacht is als zonneschijn

Jean-Claude Vranckx (55) houdt niet zo van de term “vrijwilligerswerk” en ook niet van het woord “oppas”

Jean-Claude Vranckx (55) houdt niet zo van de term “vrijwilligerswerk” en ook niet van het woord “oppas”. Wat hij doet, voelt namelijk niet aan als werk en al zeker niet als oppassen. Maar hij doet het wel met hart en ziel. 

Bij welke organisatie ben je vrijwilliger? 
 
Bij de organisatie Thuiszorgcentrum Socialistische Mutualiteit van Brabant. Die organisatie biedt verschillende diensten aan, waaronder een oppasdienst. Dat houdt in dat je bij mensen op bezoek gaat en hen gezelschap houdt. Je biedt een luisterend oor, je ondersteunt hen in het dagelijks leven. 
 
Hoe ben je hiermee begonnen? 
 
Heel toevallig. Ik kom uit een beenhouwersfamilie en het werd min of meer voor mij beslist dat ik mee in de zaak zou stappen. Toen ik in 2006 een arbeidsongeluk had, moest ik noodgedwongen even ophouden met werken. Ik ging op zoek naar een andere manier om me in te zetten en zag online dat men mensen zocht voor de oppasdienst. Dat sprak me wel aan en eens ik de selectieprocedure had doorlopen kon ik beginnen. Toen ik mijn vast werk weer mocht opnemen en ik geen tijd meer had om overdag te vrijwilligen, ben ik overgestapt van de dag naar de nacht. 
 
Je houdt niet van het woord oppas?
 
Ik vind niet dat dat woord de lading dekt. Het klinkt te betuttelend, alsof je op een kind past. Maar wat zou een betere term zijn? Hulpverlener vind ik ook niet ideaal. Ondersteuner? “Nacht-ondersteuner”, dat klinkt natuurlijk ook niet. Tsja. 
 
Wat is je rol als nacht-oppas? En wat niet? 
 
Wij zijn geen verpleegkundigen, geen kinesisten. Wat we doen draait niet rond medische hulp. We poetsen ook niet en doen geen boodschappen – dat zijn eerder zaken die overdag gebeuren. Als nachtoppas kom je bij iemand toe rond 22 uur ’s avonds, tenzij mensen uitdrukkelijk vragen om vroeger te komen en samen te eten. We praten, kijken misschien wat TV, ronden de dag af en gaan slapen. 
 
Het is dus niet de bedoeling dat je de hele nacht waakt?
 
Nee, je mag absoluut slapen. Als de persoon bij wie je te gast bent je nodig heeft, maakt die je wakker – bij sommige mensen hangt er bijvoorbeeld een belletje dicht bij je bed. Wat vaak gebeurt is dat mensen ’s nachts hulp willen om naar de WC te gaan, zodat ze niet vallen. Daarna slaap je gewoon verder. Het is de bedoeling dat je ’s ochtends min of meer uitgeslapen bent. Als iemand je zo vaak wakker maakt dat je geradbraakt naar buiten strompelt, dan is de zorgvraag van die persoon eigenlijk te groot en moet er een ander soort hulp worden ingeschakeld. 
 
Hoe vaak blijf je zo slapen? 
 
Als vrijwilliger heb je recht op een vergoeding. Volgens de wet mag je maximaal zo’n 1300 euro vrijwilligersvergoeding per jaar krijgen, wat neerkomt op zo’n vijftig nachten per jaar of één per week. De vraag is helaas veel groter dan het aanbod…
 
Welke eigenschappen heeft een goede oppas nodig? 
 
Ik zeg vaak: “Aandacht is als zonneschijn”. Het belangrijkste is, denk ik, dat je bereid bent om anderen die aandacht te geven. Jij bent te gast. De persoon bij wie je op bezoek bent wil en mag zijn verhaal doen. Hij of zij dirigeert wat er die avond gebeurt – jij moet de regie uit handen geven. Je staat den dienste van die persoon en daar moet je voor open staan.
 
Heb je zelf al veel geleerd door vrijwilliger te zijn? 
 
Ik ben voor een stuk een ander mens geworden. In 2009, drie jaar na mijn arbeidsongeval dus, ben ik uit de vleesindustrie gestapt en een andere richting uitgegaan. Ik ging studeren voor maatschappelijk werk en ben nu halftijds aan de slag als wooncoach voor mensen met een verstandelijke beperking. 
 
Je komt vooral bij bejaarde mensen over de vloer. Denk je nu meer na over je eigen “oude dag”? 
 
Het doet je ook nadenken over je eigen einde, zeker. Maar ik ben nooit echt bang geweest voor de dood. Het is interessant om te zien hoe verschillend mensen omspringen met ouder worden. Ik vind het een verrijking. Ik ontmoet 80-jarigen die heel angstig zijn en die me doen denken: zo wil ik later niet worden. Maar ik ontmoet ook inspirerende 95-jarigen die nog elke dag yoga doen – dat is natuurlijk een ander verhaal. 
 
Zijn er ook mensen bij waarmee het minder klikt?
 
Dat gebeurt. Er zijn mensen die zich anders gaan gedragen na een medisch probleem. Na een trombose, bijvoorbeeld, verandert hun persoonlijkheid en hun gedrag. Maar ik houd van mensen. Dat is de basis, anders moet je er niet aan beginnen. 
 
Wat motiveert je om het te blijven doen?
 
De mensen bij wie wij langsgaan willen niet naar een rusthuis. Wij zorgen ervoor dat ze langer in hun eigen huis kunnen blijven. Ik zie dat er een leegte is en die wil ik opvullen. Ik heb al veel mensen ontmoet, waarvan sommige vrienden zijn geworden. De momenten die je samen beleeft, de verhalen die je hoort, de dankbaarheid die je krijgt – ik krijg er enorm veel energie van. Het doet me deugd. Wanneer je voor het eerst bij iemand langsgaat is het een beetje zoeken. Maar eens ze je kennen, is het altijd een blij weerzien. 
 
Jij doet dus nog even verder?
 
Ik heb geen glazen bol, maar als ik blijf zoals ik nu ben, geestelijk en fysiek, dan doe ik dit nog een eeuwigheid. 
 

Foto en interview: Sofie Rycken

 

Lees ook 

Wil jij ook een vrijwilliger in de kijker stellen? Wij komen langs voor een interview en foto’s

Vrijwilligers

Vind leuke en interessante vacatures bij honderden vrijwilligersorganisaties in Brussel

Overzicht

Mensen met een beperking, fysiek of mentaal, vallen vaak uit de boot. Werken met hen is geen evidentie. Maar is dit wel zo?

Lees meer
verhaal

19 jaar, ambassadeur van het Kaaitheatier en actief in theaterproducties. Het begon in een fanfare...

Lees meer
verhaal